Terugdringen separeren in GGZ stagneert

Ondanks goede voornemens zijn instellingen voor geestelijke gezondheidszorg er de afgelopen jaren niet in geslaagd het aantal separaties van psychiatrische patiënten drastisch terug te dringen. Dat blijkt uit onderzoek van de Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ). Het aantal separaties is wel afgenomen, maar de afname stagneert. De IGZ roept op deze stagnatie te doorbreken en vraagt van alle GGZ-instellingen dat zij per 2012 geen eenzame opsluiting meer toepassen.

De inspectie heeft van 2008-2011 alle 164 psychiatrische opnameafdelingen in de geestelijke gezondheidszorg in Nederland doorgelicht op het onderwerp separeren. Belangrijke aanleiding was dat er in verschillende GGZ-instellingen in Nederland heel verschillende separeerpraktijken bestonden. Separeren roept maatschappelijk, politiek en binnen de psychiatrie regelmatig heftige discussies op. Dat is terecht, want separeren -en zeker eenzame opsluiting- is vaak zeer traumatiserend voor psychiatrische patienten.

Jaarlijks worden in Nederland zo’n 18.000 patiënten in de geestelijke gezondheidszorg gesepareerd. Vrijwillig of onvrijwillig, voor kortere of langere tijd, begeleid/bewaakt of in eenzame opsluiting. De geestelijke gezondheidszorg stelde zich ten doel separaties jaarlijks met 10% te verminderen. Doel van het inspectieonderzoek was erop toezien dat de instellingen hiervoor beleid opstelden én resultaten boekten.
Uitkomsten

Uit het inspectieonderzoek blijkt dat vanaf 2010 de afname in separaties stagneert. In 2009 werd de voorgenomen vermindering van het aantal separaties wel nog gehaald: er waren 10% minder separaties. In 2010 lukte dit niet; de afname was 5,5%. Die stagnatie zet door in 2011.
Vervolg

De inspectie wil dat de GGZ-sector per 2012 geen gebruik meer maakt van separeren in de vorm van eenzame opsluiting. Alleen als er sprake is van separeren met 24-uurs toezicht (via camerabewaking, hand-in-hand begeleiding of anderszins) kan de separeercel nog worden gebruikt. De instelling of hulpverlener zal dan wel moeten aantonen dat separeren noodzakelijk is voor een patiënt. In dergelijke gevallen moet men zich tot het uiterste inspannen om de separatie zo kort mogelijk te laten duren. Hiertoe wordt consultatie over de situatie van de patiënt bij andere en ook externe hulpverleners op vaste tijdstippen verplicht gesteld. De inspectie gaat steekproefsgewijs na, op basis van aangekondigde en onaangekondigde bezoeken, of de genoemde maatregelen worden uitgevoerd.

GGZ Nederland heeft inmiddels laten weten dat deze aangescherpte regels voor separeren in 2012 moeten worden doorgevoerd bij de ruim honderd bij GGZ Nederland aangesloten instellingen.