Migranten met een verblijfsvergunning kunnen alleen familieleden uit hun ‘kerngezin’ naar Nederland laten komen: hun gehuwde of geregistreerde partner en hun minderjarige kinderen.
Ook komt er een wachttermijn van een jaar. De familieband moet met een huwelijksakte (of akte van partnerschap) worden aangetoond. Na een scheiding komt de ex-partner pas na vijf jaar huwelijk of partnerschap in aanmerking voor een eigen verblijfsvergunning; nu is dat nog na drie jaar.