Bart Peters gebruikte diffusie-MRI, een relatief nieuwe beeldvormende techniek, om de witte stof in de hersenen te onderzoeken bij twee groepen: jonge schizofreniepatiënten die net een eerste psychose hebben doorgemaakt, en jonge patiënten met lichte psychotische symptomen.
Van deze laatste groep heeft een kwart tot een derde een groot risico op een echte psychose. Witte stof wordt gevormd door de verbindingen tussen de grijze hersencellen.
Er zijn al eerder aanwijzingen gevonden dat bepaalde afwijkingen daarin de kwetsbaarheid voor psychose aangeven, en dat er tijdens de eerste volledige psychose andere afwijkingen in de witte stof ontstaan.
Verdere analyses gaven aan dat cannabisgebruik in de adolescentie niet een oorzaak is van de gevonden afwijkingen. Metingen aan grote witte-stofbundels bleken het ontstaan van een psychose niet te voorspellen.
Bij schizofreniepatiënten die in hun adolescentie cannabis hebben gebruikt, vond Peters tegengestelde effecten in de witte stof. Het is nog onduidelijk of dit een gevolg is van de cannabis, of dat bij deze patiënten andere ziekteprocessen een rol spelen.
Promotiegegevens
– Promotie: Dhr. B.D. Peters/ Geneeskunde
– Proefschrift:Diffusion Tensor Imaging in the early phase of schizophrenia
– Promotor: dhr. prof. dr. G.J. den Heeten en dhr. prof. dr. D.H. Linszen
– Locatie: Agnietenkapel, Oudezijds Voorburgwal 231, 1012 EZ Amsterdam
– Datuma: Dinsdag 7 september 2010, 14:00 uur