Psychiatrische stoornis is complex systeem van symptomen

Veel psychiatrische stoornissen zijn mogelijk geen geïsoleerde ziektes, maar complexe systemen van symptomen die elkaar beïnvloeden. Dat stellen onderzoekers van de Universiteit van Amsterdam. Ze gaan daarmee in tegen het standaardmodel voor psychiatrische stoornissen, dat aan basis ligt van veel psychiatrisch en klinisch psychologisch onderzoek. Hun voorstel verscheen onlangs in het wetenschappelijk tijdschrift PloS ONE.

In het standaardmodel worden stoornissen (zoals depressie) als ziektes beschouwd, die een aantal symptomen veroorzaken (zoals slapeloosheid en concentratieproblemen). Psycholoog Denny Borsboom en zijn collega’s beschouwen psychiatrische stoornissen echter niet als geïsoleerde ziektes. Symptomen worden niet veroorzaakt door een onderliggende stoornis, maar beïnvloeden elkaar juist, zo stellen ze.

In het geval van depressie bijvoorbeeld is zo’n patroon van elkaar beïnvloedende symptomen aannemelijk. Wie aan slapeloosheid leidt, zal vermoeid worden; wie moe is, kan zich niet concentreren; dat kan leiden tot gevoelens van waardeloosheid; en wie zich daar zorgen over maakt, kan weer niet slapen. Depressie is zo beschouwd eerder een netwerk van elkaar sterk beïnvloedende klachten, dan een ziekte die die klachten veroorzaakt, aldus de onderzoekers. Het is in dat geval beter om onderzoek te richten op de rol die symptomen spelen binnen het individu, dan op stoornissen zoals beschouwd in het standaardmodel.

Comorbiditeit
Het door de onderzoekers ontwikkelde model verklaart ook waarom comorbiditeit (het tegelijk voorkomen van meerdere stoornissen) eerder regel dan uitzondering is: problemen blijven niet beperkt tot één enkel domein, omdat symptomen van verschillende stoornissen elkaar aansteken. Zulke oorzakelijke relaties tussen symptomen lopen dwars door de traditionele stoornissen heen. Met simulaties tonen de onderzoekers aan dat hun model op dit punt de werkelijkheid dicht benadert.

Onderzoeksmethode
De onderzoekers bestudeerden stoornissen met analysemethoden die ontwikkeld zijn voor onderzoek naar complexe netwerken. Zij leidden de netwerkstructuur van symptomen af uit de manier waarop deze zijn gerubriceerd in het standaardhandboek voor de classificatie van psychiatrische aandoeningen, de Diagnostic and Statistical Manual of Mental Disorders-IV (DSM-IV). Uit die netwerkstructuur blijkt dat bijna de helft van de symptomen in de DSM-IV direct of indirect met elkaar in verbinding staan.