De NZa publiceert dinsdag 22 februari 2011 een monitor en brief over de geneeskundige GGZ. Het rapport geeft een stand van zaken van de GGZ op het gebied van toegankelijkheid, betaalbaarheid en transparantie van kwaliteit. Uit de monitor blijkt dat de GGZ nog volop in ontwikkeling is. Zo maakt het aantal aanbieders in de kinder- en jeugd GGZ een groei door, en worden er steeds meer productieafspraken gemaakt om de toestroom op te vangen. De monitor laat ook zien dat de beschikbare gegevens over de GGZ nog niet compleet zijn. De NZa en de sector ondernemen actie om hier verandering in te brengen.
De NZa kijkt jaarlijks naar de stand van de geneeskundige GGZ. De belangrijkste resultaten uit de monitor 2010 zijn:
Wachttijden
Al jarenlang zijn de langste wachttijden in de kinder- en jeugd GGZ, het duurt gemiddeld 7,6 weken voordat een behandeling start. Verzekeraars en instellingen investeren hier wel in. Zo zijn er meer productieafspraken gemaakt en zijn er extra plekken gekomen voor kinderen met autisme.
Omzet en volume
Het aantal afgesproken behandelingen in de GGZ is gestegen. Door de budgetkorting in 2010 is de stijging van de productieafspraken te verwaarlozen. In 2009 stegen de productieafspraken nog met 7,4%. De NZa verwacht niet dat er de komende jaren, ook niet na invoering van prestatiebekostiging, een einde zal komen aan de stijging van het volume en de kosten van de geneeskundige GGZ. Wel verwacht de NZa dat het invoeren van prestatiebekostiging in 2012 voor meer prikkels zorgt om vraag en aanbod van zorg op elkaar af te stemmen. Dit kan er bijvoorbeeld toe leiden dat eerder lichtere vormen van GGZ-zorg worden ingezet, en dat in een later stadium duurdere vormen van zorg niet nodig zijn. Om de volumegroei te beheersen moeten zorgverzekeraars hun inkooprol goed oppakken.
Transparantie en keuze-informatie
Het is belangrijk dat cliënten in de GGZ voldoende informatie hebben om een verantwoorde keuze voor zorg te maken. De gegevens in het Minimale Dataset (MDS) die de NZa heeft over de GGZ zijn nog niet volledig. Dat betekent niet alleen dat het hierdoor lastiger is voor consumenten om een verantwoorde keuze voor zorg te maken, deze gegevens zijn ook van belang bij het vaststellen van kostendekkende tarieven.
De NZa, verzekeraars en GGZ-instellingen proberen met verschillende initiatieven meer transparantie op kwaliteit en informatie te krijgen, bijvoorbeeld door te benchmarken en in de toekomst ook gegevens over klanttevredenheid op te nemen. De curatieve GGZ blijft onderdeel van het programma Zichtbare Zorg, dat de zorg meer transparant wil maken. Daarnaast zet de NZa alle zeilen bij om de aanlevering in DIS (DBC Informatie Systeem) en de Minimale Data Set (MDS) te borgen en ook niet-afgesloten DBC’s te kunnen meewegen in de monitor.
Voor 2011 staat een volgende monitor gepland. Daarin gaat de NZa onder ander in op de bevoorschotting voor vrijgevestigden in de GGZ.