Nog steeds onveilige kerstverlichting

Van de onderzochte kerstverlichting in 2011 voldoet ongeveer 17% nog steeds niet aan de eisen. De Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) treedt op tegen onveilige kerstverlichting door boetes uit te delen en waarschuwingen te geven. Onveilige kerstverlichting mag niet worden verkocht. Ook worden de importeurs geïnformeerd over de eisen die Nederland stelt aan dergelijke verlichting. Hierdoor is er een afname van onveilige kerstverlichting. In 2007 was nog ongeveer 50% van de verlichting niet veilig.

Slechte kerstverlichting kan bijvoorbeeld brand of een elektrische schok veroorzaken. Als de bedrading is beschadigd, kan de binnenkant worden aangeraakt wat een elektrische schok kan veroorzaken. Ook kan er bij een zwakke plek door oververhitting brand ontstaan.

Veiligheidsrisico’s zijn veel kleiner bij kerstverlichting die werkt op laagspanning met een adapter, transformator of op batterijen. Dit type wordt steeds meer aangeboden, evenals de led-verlichting op lage spanning.

De NVWA test de kerstverlichting die in de winkels worden verkocht of via importeurs Nederland binnenkomt. In 2011 zijn in totaal 24 stuks kerstverlichting getest. Dat is minder dan voorgaande jaren omdat er steeds meer kerstverlichting op laagspanning wordt aangeboden.

Tips voor consumenten
Bij het verwisselen van lampjes kunnen onderdelen worden aangeraakt die onder spanning staan. Wanneer dat aangeraakt wordt, is een elektrische schok van 230 volt mogelijk. Om oververhitting te voorkomen is het van groot belang dat lampjes vervangen worden zodra ze stuk zijn. Doe dit pas wanneer de stekker uit het stopcontact is gehaald. Mochten bij het verwisselen draadjes loskomen, dan is het advies de kerstverlichting direct weg te gooien. Ook is het verstandig het verlengsnoer altijd helemaal uit te rollen.