De meeste jongeren die dagelijks roken willen wel stoppen, maar dat lukt ze vaak niet. Dit komt voornamelijk door de nicotineafhankelijkheid: de hang naar nicotine is een van de sterkste voorspellers voor het mislukken van een stoppoging.
Promovenda Charlotte Scherphof van de Universiteit Utrecht onderzocht de effectiviteit van nicotinepleisters bij jongeren die poogde te stoppen met roken.
Aan haar onderzoek deden 265 jongeren van 13 tot 18 jaar mee die wilden stoppen met roken. Bij hun stoppoging kregen zij nicotinepleisters of placebopleisters. Haar promotieonderzoek bevestigt eerdere bevindingen dat er onvoldoende bewijs is voor de effectiviteit van nicotinepleisters voor adolescente rokers.
Hoewel enkele positieve effecten zijn gevonden op de korte termijn, verdwenen deze effecten na 6 en na 12 maanden. De lage mate van therapietrouw, de beperkte vermindering van de drang om te roken, en de onvoorspelbaarheid van terugval naar roken die gevonden zijn in dit proefschrift, benadrukken de problemen die adolescenten ondervinden in hun pogingen om te stoppen met roken.
Er is volgens Scherphof dan ook dringend behoefte aan meer onderzoek naar effectieve interventies voor het stoppen met roken voor jongeren. Het gebruik van enkel de nicotinepleisters is voor jongeren in elk geval weinig effectief. Scherphof geeft aan dat een behandeling waarin nicotinepleisters worden gecombineerd met een bepaalde gedragsinterventie wellicht beter werkt.
Daarnaast is het ook noodzakelijk dat adolescenten preventief gewaarschuwd worden voor de verslavende effecten van roken. “Als je eenmaal begonnen bent met roken, is het extreem moeilijk om te stoppen”, aldus Scherphof.
Charlotte Scherphof promoveert op 10 oktober 2014 aan de Universiteit van Utrecht op haar onderzoek ‘The efficacy of nicotine patches to help adolescents quit smoking’.