Nederland zal in 2012 voor het eerst eigen laboratoria hebben op Antarctica. Drie van de in totaal vier laboratoria zijn maandag 16 januari 2012 op transport gegaan. Staatssecretaris Halbe Zijlstra van OCW verzegelde samen met NWO-voorzitter Jos Engelen de laboratoria voor het transport en maakte de namen van de laboratoria bekend.
De vier laboratoria zijn in zeecontainers gebouwd en zullen in Antarctica in een gezamenlijk ‘docking station’ komen te staan. Het laboratorium op Rothera gaat het Gerritszlaboratorium heten, de 4 afzonderlijke modules heten Geloof, Hoop, Liefde en Blijde Boodschap.
Nederlandse onderzoekers waren voor onderzoek op en rond de Zuidpool tot nu toe aangewezen op de faciliteiten van andere landen die een basis op Antarctica hebben. De Nederlandse laboratoria komen op een Britse basis te staan, zo worden de kosten van een eigen basis en infrastructuur bespaard en wordt er zo min mogelijk schade toegebracht aan de Antarctische natuur. De Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk onderzoek en het ministerie van OCW investeren samen 8,5 miljoen euro in het zuidpoolonderzoek.
De mini-laboratoria werden gebouwd door een bedrijf in Dirksland dat gespecialiseerd is in koeltechniek. Zij hebben onder andere getest of de laboratoria de vrieskou in Antarctica wel aankunnen. NWO vindt het van belang dat deze nieuwe onderzoeksfaciliteit duurzaam is. De temperatuur in de minilaboratoria wordt geregeld met een warmtepomp. Hiermee wordt warmte aan de omgeving onttrokken, waarmee de temperatuur binnen kan worden geregeld. Op het dak van het docking station zullen zonnecellen worden geïnstalleerd.
Onderzoek
De laboratoria zullen begin 2013, als het in Antarctica zomer is, door onderzoekers in gebruik worden genomen. Het onderzoek in de laboratoria zal zich richten op klimaatverandering, glaciologie, mariene ecologie en oceanografie. Onderwerp van onderzoek zijn onder andere chemische reacties in de atmosfeer boven Antarctica, die ontstaan door klimaatgassen die vrijkomen tijdens algenbloei. De snelle opwarming langs de westkust van het Antarctisch schiereiland bevordert de algenbloei en beïnvloedt daarmee het mondiale klimaat. Een tweede onderzoek richt zich ook op algen, specifiek op hun plaats in de voedselketen; de achterliggende vraag is hoe de ecologisch belangrijke Antarctische wateren reageren op klimaatveranderingen. Het derde onderzoek betreft het veranderende gehalte aan ijzer en spoorelementen in zeewater en zee-ijs, gehaltes die van belang zijn voor alle levende organismen in ecosystemen. Het vierde onderzoek kijkt naar de toename van zoet smeltwater dat vanaf de Antarctische gletsjers de zee instroomt, en tenslotte is er een onderzoek naar de invloed van dit smeltwater op de voedselketen.
Namen
De labs zijn vernoemd naar een konvooi van schepen dat in 1598 vertrok uit Rotterdam, op zoek naar een handelsroute via de punt van Zuid-Amerika naar Azië. De schepen heetten Geloof, Hoop, Liefde, Blijde Boodschap en Trouw. In de Straat van Magellaan werd het konvooi door barre weersomstandigheden uit elkaar geslagen. Eén schip, de Blijde Boodschap onder leiding van Dirck Gerritsz, werd ver naar het zuiden geblazen. Gerritsz zag op 64 graden zuiderbreedte een ‘heel hoog bergachtig land, vol sneeuw, als het land van Noorwegen’. Waarschijnlijk was dit de eerste waarneming van Antarctica.
Poolonderzoek
De investering in onderzoekslaboratoria en onderzoek op de Zuidpool is onderdeel van het Nederlands Polair Programma. Dat financiert Nederlands wetenschappelijk onderzoek in en naar de poolgebieden. Nederland neemt deel aan het Antarctisch Verdrag en is in die hoedanigheid verplicht te investeren in onderzoek op de Zuidpool. Daarnaast is de Zuidpool een unieke onderzoeksomgeving waar gevolgen van klimaatverandering goed te meten zijn, vrij van verstorende invloeden van de mens.