De nieuwe Voedsel en Waren Autoriteit (nVWA) concludeert dat de etikettering op levensmiddelen wat betreft ’vrij van allergeen x‘ over het algemeen juist is. De nVWA heeft 145 producten met daarop 204 labels ’vrij van allergeen x‘ onderzocht waarbij in 3 gevallen via een laboratoriumanalyse toch een allergeen werd aangetoond. In 2 gevallen ging het om een concentratie melkeiwit en in 1 product zat een te hoge concentratie gluten.
De nVWA heeft in de zomer van 2010 producten onderzocht waarop stond dat ze ’vrij van bepaalde allergenen‘ zouden zijn. Het ging daarbij om allergenen als gluten, pinda, melkeiwit of kippeneiwit.
Mensen met een allergie kunnen hinder ondervinden van het niet correct etiketteren van allergenen op levensmiddelen door fabrikanten. Daarom doet de nVWA hier jaarlijks onderzoek naar.
Aangetroffen allergenen
2 producten bleken aantoonbaar melkeiwit te bevatten. In rijstcakejes trof de nVWA 5.6 ppm melkeiwit aan en in walnootkoekjes 2.3 ppm melkeiwit.
In een portie rijstemeel trof de nVWA 110 ppm gluten aan. Rijstemeel mag van nature geen gluten bevatten. Om de claim ‘vrij van gluten’ te mogen gebruiken mag de hoeveelheid gluten in rijstemeel maximaal 20 ppm zijn.
Wetgeving
Sinds november 2005 zijn producenten verplicht allergenen op het etiket te vermelden als zij die als ingrediënt toevoegen en ze, al dan niet in gewijzigde vorm, nog in het product aanwezig zijn. Er bestaat geen specifieke wetgeving die aangeeft wanneer men een product vrij van een bepaald type allergeen mag noemen. Bij een dergelijk label mag het allergeen niet in het product voorkomen.
Er is een uitzondering voor gluten; er zijn wel grenzen vastgesteld voor producten die van nature glutenvrij zijn en voor producten die glutenvrij zijn gemaakt.