Het ministerie van Defensie en het UMC Utrecht hebben woensdag 31 juli 2013 hun samenwerking opnieuw bekrachtigd en uitgebreid.
Prof. dr.Jan Kimpen, voorzitter van de Raad van Bestuur en brigade-generaal-arts Johan de Graaf zetten hun handtekening onder de vernieuwde overeenkomst.
In de nieuwe overeenkomst is onder andere afgesproken dat naast het Centraal Militair Hospitaal, ook andere geneeskundige eenheden van Defensie gaan samenwerken met het UMC Utrecht.
Al ruim twintig jaar werken het ministerie van Defensie en het Universitair Medisch Centrum Utrecht nauw samen. De bestaande overeenkomst, die stamt uit 2003, is onlangs opnieuw bekeken en herijkt. Bij de vernieuwing van de overeenkomst zijn ook mogelijkheden vastgelegd voor een bredere samenwerking met geneeskundige onderdelen van Defensie. Zo gaan het Militair Revalidatie Centrum en de Militaire Geestelijke Gezondheidszorg ook gebruik maken van de expertise van het UMC Utrecht op het gebied van bijvoorbeeld medische ICT. Daarnaast krijgen de operationele geneeskundige eenheden van Defensie en het UMC Utrecht de gelegenheid om elkaars personeel te detacheren bij het UMC Utrecht of het gezamenlijk beheerde Calamiteitenhospitaal.
Brigade-generaal-arts Johan de Graaf, verantwoordelijk voor de militaire gezondheidszorg binnen Defensie: “Het UMC Utrecht is onmisbaar voor het CMH. De co-locatie met het academisch ziekenhuis is van belang voor alle militairen van Defensie. Door deze alliantie is Defensie in staat op doelmatige wijze het volledige spectrum van tweedelijnszorg te bieden, specifiek gericht op de behoefte van Defensie en haar militairen.”
Unieke partners
De samenwerking behelst onder andere dat de medisch specialisten van het Centraal Militair Hospitaal (CMH) voor een deel van hun tijd werkzaamheden in het UMC Utrecht verrichten om hun ervaring met aandoeningen en patiëntengroepen die niet (vaak) in het CMH voorkomen op peil te houden. Als tegenprestatie verzorgt het UMC Utrecht de achterwacht gedurende de avond- en weekenddiensten. Het CMH kan ook specifieke expertise inhuren van specialisten die incidenteel in het CMH nodig zijn, zoals neurochirurgie, plastische chirurgie en gynaecologie. Het CMH maakt daarom ook gebruik van de spoedeisende hulp afdeling van het UMC Utrecht voor de eerste opvang van gerepatrieerde militairen. Naast deze curatieve samenwerking is er samenwerking met het UMC Utrecht op gebied van ICT, vastgoed, onderhoud en OK-bevoorrading.
“Wij zijn zeer content met Defensie als unieke partner.” aldus prof. dr. Jan Kimpen, voorzitter van de Raad van Bestuur van het UMC Utrecht. “De combinatie van een universitair medisch centrum en militair hospitaal is uniek in de wereld. Met de vernieuwing van de overeenkomst zijn wij ook de komende jaren gegarandeerd van een bijzondere partner met zeer specifieke expertise.”