Patiënten met hartfalen krijgen onder andere bètablokkers, die receptoren van noradrenaline en adrenaline blokkeren. Het hart krijgt daardoor rust en de pompfunctie verbetert. Maar leven patiënten daardoor ook langer?
Olav de Peuter onderzocht twee groepen van in totaal 18.000 patiënten die ooit opgenomen waren geweest voor hartfalen. De eerste groep belandde in het ziekenhuis tussen 1998 en 2002, de tweede tussen 2003 en 2007.
Die laatste groep kreeg meer bètablokkers maar de levensverwachting was in beide groepen identiek. De Peuter verklaart dit uit het relatief recente beleid om patiënten zo lang mogelijk thuis te houden. Daardoor zullen patiënten uit de tweede periode gemiddeld later en met ernstiger hartfalen zijn opgenomen. In dat geval zouden de nieuwe medicijnen het toch beter doen.
Daarnaast ontdekte De Peuter dat ouderen met hartfalen een kleinere kans hebben om de voorgeschreven behandeling te krijgen, waarschijnlijk uit vrees voor mogelijke bijwerkingen als lage bloeddruk en moeheid. Ten slotte lijken niet-selectieve bètablokkers effectiever dan cardioselectieve bètablokkers.
Promotiegegevens
Promotie: Dhr. O.R. de Peuter / Geneeskunde
Proefschrift: The ABC of heart failure. Adrenergic receptors, bèta-blockers and coagulation
Promotor: dhr. prof. dr. H.R. Büller
Datum: Vrijdag 4 februari 2011, 14:00 uur
Locatie: Agnietenkapel, Oudezijds Voorburgwal 231, 1012 EZ Amsterdam