De test ‘Wat voor huisdierenmens ben jij‘ die het LICG in de Week van het Huisdier gelanceerd heeft, heeft veel reacties opgeleverd. De uitkomst is vaak verrassend. Dat niet iedereen zijn favoriete dier op de eerste plaats krijgt, is iets wat voor opschudding zorgt.
De huisdierentest is geen wetenschappelijk instrument dat meet of men wel geschikt bent voor een bepaald dier. De test bepaalt op basis van de score welk dier het dichtst bij de situatie, het leefpatroon en de wensen van de invuller ligt. Dat is soms een ander dier dan men zelf had verwacht of gehoopt.
Dat betekent niet dat andere dieren niet in aanmerking kunnen komen. De test meet immers een beperkt aantal zaken. Bovendien is de ‘klik’ met een bepaalde diersoort ook belangrijk voor succes. Wie een dier leuk genoeg vindt, kan zich aanpassen aan dat dier en zo een ideale baas worden. Maar dat kan alleen als men weet waar men aan begint, en zich realiseert dat hij misschien iets zal moeten toegeven of inleveren.
Dat is dan ook de werkelijke waarde van de test: tijdens het invullen wordt men gewezen op zaken die belangrijk zijn bij het kiezen van een huisdier. Dat zijn bovendien factoren die maken dat een dier dat in een impuls aangeschaft is, soms tegenvalt en vervolgens wordt weggedaan of niet goed wordt verzorgd.
Vooraf bedenken wat men echt wil, wat er echt past en wat er bij komt kijken om een huisdier zijn hele leven goed te verzorgen: dat is het recept om heel lang plezier te hebben van een huisdier. De aanschafdocumenten en huisdierenbijsluiters van het LICG helpen daarbij.