Bepaling van het menselijke genoom zal de komende jaren mogelijk worden voor een prijs die lager is dan die van een I-pod. Dit betekent dat kennis van de eigen genetische basis, het persoonlijke genoom, voor iedereen beschikbaar komt.
Dit biedt uiteraard kansen maar ook bedreigingen. “Er zitten ethische, juridische en maatschappelijke kanten aan het vergaren en gebruiken van deze kennis. Het is belangrijk dat de juiste uitgangspunten gehanteerd worden, en dat deze kennis op een verantwoorde manier geïntroduceerd wordt” zegt Bert Smeets, hoogleraar Genoomanalyse in het bijzonder Mitochondriële aandoeningen, in zijn oratie bij het aanvaarden van het ambt als hoogleraar aan de Universiteit Maastricht op 17 december aanstaande. Deze leerstoel is de tweede leerstoel op dit gebied in Nederland.
“Elk mens is in meer of mindere mate genetisch belast, begunstigd of beschermd. Kennis hierover bied je bijvoorbeeld de mogelijkheid om langer gezond te blijven. Maar weten dat je gezondheidrisico’s loopt, kan er ook voor zorgen dat in principe gezonde mensen zich ziek gaan voelen. Dit kan leiden tot ongewenst medisch gedrag en handelen. De kennis van het persoonlijke genoom is dus verre van neutraal en nooit onbelast. Door de snelheid van de ontwikkelingen en de benodigde specialistische kennis is het voor buitenstaanders vaak moeilijk de ontwikkelingen op waarde te schatten. Maar iedere buitenstaander wordt nu direct belanghebbende omdat de analyse van het eigen genoom mogelijk wordt. Het principe dat iemand zelf in vrijheid mag kiezen zijn of haar genoom te kennen en dat niemand om zijn genetisch aanleg gediscrimineerd mag worden zijn hierbij belangrijke uitgangspunten.”
De komende vijf jaar zullen complete genoomanalyses gemeengoed worden. Het MUMC+ (Maastricht Universitair Medisch Centrum) zet samen met de andere academische centra in de Euregio een gezamenlijke structuur op met de noodzakelijke, zeer kostbare technologie en specialistische expertise. “Het persoonlijke genoom, dat momenteel nog tot veel discussie leidt, zal voor de komende generaties een vanzelfsprekend gegeven zijn dat zij gedurende hun leven zullen weten te hanteren, met alle mogelijkheden en onmogelijkheden, zekerheden en onzekerheden, die erbij horen. In dit opzicht betekent het persoonlijke genoom inderdaad een nieuw tijdperk in de gezondheidszorg. Een tijdperk van persoonlijke, predictieve, preventieve en participerende zorg. De belangrijkste voorwaarde daarbij is dat deze kennis nu op een juiste manier in de medische praktijk en in de samenleving wordt geïntroduceerd.”