Het blokkeren van een eiwit zou schade na een hartinfarct kunnen beperken. Dat concluderen onderzoekers van het UMC Utrecht op basis van proefdieronderzoek. Ze beschrijven hun resultaten in het tijdschrift Circulation Research van 24 februari.
Onderzoekers van de afdeling Experimentele Cardiologie van het UMC Utrecht hebben een eiwit opgespoord dat een cruciale rol speelt bij het ontstaan van schade na een hartinfarct. De onderzoekers vergeleken gewone muizen met genetisch veranderde dieren zonder het eiwit ‘fibronectine EDA’. Dat eiwit is onder meer betrokken bij het ontstaan van littekenweefsel. Na een hartinfarct blijkt het hart van muizen zonder het eiwit minder schade te hebben. De hartspier is minder verwijd en het pompvermogen is beter. Bovendien hebben de muizen minder ontstekingsverschijnselen in het hart.
Door zuurstoftekort tijdens een hartaanval verandert de hartspier enigszins van vorm, dat vergroot de kans op hartfalen. Zonder het eiwit fibronectine EDA is de schade na een hartinfarct dus een stuk kleiner. Het zou het begin kunnen zijn van een therapie tegen hartschade, suggereren de onderzoekers. Ze gaan bekijken of via het eiwit schade aan het hart te voorkomen is.
“De behandeling van hartinfarcten is sterk verbeterd de afgelopen jaren, maar wij denken dat het nóg beter kan”, stelt prof. dr. Dominique de Kleijn. “De ideale therapie remt het afsterven van hartspiercellen en vermindert vormveranderingen van de hartspier. Eerder hebben we in proefdieren laten zien dat een specifiek antilichaam infarctschade kan verminderen. Met het eiwit fibronectine EDA hebben we een nieuw therapeutisch aanknopingspunt.”
Arts-onderzoeker en cardioloog in opleiding dr. Fatih Arslan heeft onlangs een Dekkerbeurs gekregen van de Nederlandse Hartstichting om onderzoek te doen naar een therapie op basis van deze resultaten.
Jaarlijks sterven in Nederland ongeveer tienduizend mensen aan de gevolgen van een acuut hartinfarct en worden ruim negentigduizend mensen ermee opgenomen in het ziekenhuis.