Een goede relatie, daar heb je impulscontrole voor nodig

Een dierbare vergeven, trouw blijven aan je partner, of je eigenbelang opofferen voor dat van je geliefde. Of we daar in slagen, hangt af van onze impulscontrole. Uit onderzoek van psycholoog Tila Pronk van de Radboud Universiteit Nijmegen blijkt dat de mate van impulscontrole voorspelt hoe we omgaan met moeilijke momenten in onze relaties. Mensen met meer impulscontrole gaat dat beter af. Tila Pronk promoveert op 28 april.

Hechte relaties en goede vriendschappen maken ons gezonder en gelukkiger. Maar deze relaties worden vaak op de proef gesteld. Ruzies, conflicterende belangen, verleidingen die op de loer liggen… Tila Pronk ging op zoek naar een antwoord op de vraag waarom sommige mensen beter om kunnen gaan met deze moeilijke momenten, en dus meer succes hebben in hun relaties, dan anderen. Zij stelde vast dat de mate van impulscontrole hierbij een belangrijke rol speelt.

Controlemechanismen
Pronk legt uit: ‘Impulscontrole omvat verschillende mechanismen die ons helpen om doelgericht te handelen: het onderdrukken van je eerste impuls (inhibitie), het kunnen uitvoeren van verschillende taken op hetzelfde moment (taakwisseling) en het verversen van je werkgeheugen (updating). Deze mechanismen helpen ons bij het sturen van gedachten, gevoelens en gedrag.’

Pronk wilde weten of impulscontrole voorspellend was voor drie vaardigheden die nodig zijn om een relatie te beschermen: vergevingsgezindheid, trouw zijn, en opofferingsbereidheid. Daarom begon ze al haar onderzoeken met een cognitieve taak, waarmee impulscontrole werd gemeten.

Vergeven
Zelfs in de beste relaties komt het voor dat partners elkaar kwetsen. Een vergevingsgezinde reactie zorgt er op deze momenten voor dat de relatie wordt beschermd. In haar onderzoek vroeg Pronk proefpersonen om terug te denken aan een moment waarop ze zich erg gekwetst voelden door een dierbare. Ze moesten het voorval beschrijven en aangeven of ze die persoon hadden vergeven.

De scores op de eerder gemaakte impulscontroletaak voorspelden of proefpersonen hun dierbare hadden vergeven. Deelnemers met een betere impulscontrole waren inderdaad vergevingsgezinder dan anderen die de test minder goed maakten.

Vreemdgaan
Impulscontrole bleek ook een belangrijke rol te spelen bij het voorkomen van vreemdgaan. Proefpersonen die beter presteerden op de cognitieve taken, zeiden van zichzelf dat zij het makkelijker vonden om trouw te blijven aan hun partner. Ook gingen zij op een andere manier om met verleidingen. Dit bleek uit een onderzoek waarbij mannen, nadat zij de cognitieve taak hadden uitgevoerd, gevraagd werd om plaats te nemen in een wachtruimte. In deze wachtruimte zat een mooie dame. Het gedrag van de mannen werd met camera’s geregistreerd, waarna vier observatoren de opnamen op flirtgedrag beoordeelden. Daaruit werd duidelijk dat mannen met een lage impulscontrole, meer geneigd waren te flirten met de mooie vrouw.

Opofferingsbereidheid
De bereidheid om opofferingen te doen is een belangrijke eigenschap voor het onderhouden van vriendschappen en liefdesrelaties. Pronk: ‘Uit ons onderzoek bleek dat proefpersonen die het beter deden op de impulstaak, eerder hun eigen belang opofferde voor het belang van hun partner. Ze vonden het bijvoorbeeld geen probleem om een saaie taak te doen, als dit betekende dat hun partner een leuk filmpje kon kijken. Ze hadden dus meer voor de ander over, en dit draagt bij aan een goede relatie.’

Vermoeide hersenen
Impulscontrole wordt gereguleerd vanuit de prefrontale cortex en varieert gedurende de dag. Pronk: ‘Na een drukke dag kun je last hebben van moeheid van je prefrontale cortex. Dan heb je een lagere impulscontrole, met alle risico’s van dien. Je pakt nog een glas wijn, maakt sneller ruzie met je partner, of bent eerder geneigd om te flirten. Dingen die je met “frisse hersenen” waarschijnlijk niet zou hebben gedaan. ‘

Trainen
Pronk vindt het belangrijk dat we nu meer weten over het verband tussen impulscontrole en succes in relaties: ‘Iedereen die een zwakte in impulscontrole bij zichzelf of bij zijn partner herkent, kan daar iets aan doen. Hetzij door ermee om te leren gaan en bijvoorbeeld af te spreken om na het werk geen moeilijke gesprekken met je partner te voeren. Hetzij door je impulsen te leren beheersen, door cognitieve trainingen of relatietherapie.’

Tila Pronk (Nijmegen, 1983) behaalde cum laude haar master psychologie aan de Vrije Universiteit Amsterdam. Haar promotieonderzoek maakt deel uit van het Behavioural Science Institute (BSI) van de Radboud Universiteit Nijmegen. Tila Pronk werkt aan een populair wetenschappelijk boek over romantische relaties en zal later dit jaar haar loopbaan voortzetten als postdoc onderzoeker bij het BSI.

Matters of the head and the heart. Mevrouw drs. T.M. Pronk, promotie 28 april Radboud Universiteit Nijmegen, Sociale Wetenschappen. Promotor: de heer prof. dr. D.H.J. Wigboldus, co-promotor: de heer dr. J.C. Karremans.

Plaats een reactie