Compensatie in het brein als basis voor nieuwe behandeling ziekte van Parkinson

Er is nieuw bewijs, dat de ziekte van Parkinson wordt voorafgegaan door een periode waarin gezonde hersengebieden functies overnemen van beschadigde gebieden. Neuroloog Bart van Nuenen deed een uniek onderzoek bij klinisch nog gezonde mensen, die door hun erfelijke aanleg een groot risico lopen om later parkinson te ontwikkelen. Van Nuenen promoveert op 22 november 2012.

Neuroloog Bart van Nuenen, Catharina Ziekenhuis

Mysterie
De ziekte van Parkinson is het gevolg van het afsterven van hersencellen die de stof dopamine aanmaken. Vreemd genoeg krijgt iemand met de ziekte van Parkinson pas ziekteverschijnselen (trillen, stijfheid en traagheid) als zo’n vijftig tot zeventig procent van de dopamineproducerende cellen zijn afgestorven. Het is lange tijd een mysterie geweest, waarom het zolang duurt voordat iemand echt fysiek last krijgt van de ziekte.

Recent zijn meerdere parkinsongenen ontdekt die de oorzaak zijn van parkinsonverschijnselen. De onderzoeksgroep van prof.dr. Bas Bloem van het UMC St Radboud kon onderzoek doen bij leden van families uit Duitsland, Italië en Israël die een mutatie hebben in een parkinsongen. De ziekte van Parkinson komt in deze families erg vaak voor, maar een deel van de familieleden heeft ondanks de aanwezigheid van de mutatie (nog) geen ziekteverschijnselen. Hierdoor kan de preklinische fase van de ziekte, dat is de periode die voorafgaat aan de ziekteverschijnselen, nu beter worden bestudeerd. Dat gebeurt met behulp van geavanceerde MRI-scanners voor functioneel hersenonderzoek.

Gezond hersengebied
Onderzoeker Bart van Nuenen, nu als neuroloog werkzaam in het Catharina Ziekenhuis in Eindhoven, liet de proefpersonen verschillende taken uitvoeren. Ondertussen maakte hij fMRI-opnamen van hun brein. Hetzelfde deed hij bij een controlegroep van personen zonder de ziekte van Parkinson in de familie. Beide groepen waren klinisch volkomen gezond, en zij voerden de taken dan ook even goed uit. Uit de analyse van de MRI-beelden bleek echter dat de erfelijk belaste groep andere hersenactiviteit vertoonde dan de controlegroep. Met name vertoonde de erfelijk belaste groep een verhoogde activiteit in een hersengebied (de extrastriate body area), dat ook in late stadia van de ziekte van Parkinson onaangetast blijft. Kennelijk compenseert bij de erfelijk belaste groep dit gezonde hersengebied voor de functie van al aangetaste hersengebieden. Dankzij de compensatie konden de proefpersonen toch normale bewegingen maken en de parkinsonsymptomen onderdrukken.

TMS
Om definitief aan te tonen dat dit overactieve hersengebied daadwerkelijk bijdraagt aan compensatie heeft Van Nuenen een aanvullend experiment gedaan. Hij maakte gebruik van transcraniële magneetstimulatie (TMS). Met TMS kan tijdelijk en heel gericht een bepaald hersengebied uitgeschakeld worden. Toen Van Nuenen de extrastriate body area uitschakelde met TMS bleek dat parkinsonpatiënten tijdelijk bepaalde handbewegingen niet naar behoren konden uitvoeren. Bij een gezonde controlegroep had de uitschakeling van de extrastriate body area dit effect niet. Dit maakt het zeer aannemelijk dat tijdens de preklinische fase van de ziekte van Parkinson compensatie in het brein optreedt, die voorkòmt dat de ziekte al manifest wordt.

Deze nieuwe kennis is van groot belang voor het begrijpen van de hersenprocessen die tijdens de hele vroege ontwikkeling van de ziekte van Parkinson een rol spelen. Van Nuenen: ‘Traditionele behandelingen mikken tot op heden uitsluitend op een correctie van het dopaminetekort. We hebben nu een aanknopingspunt voor een geheel nieuwe therapie, gericht op het stimuleren van het compensatiemechanisme. Als deze behandelmethode succesvol is kunnen we niet alleen symptomen beter onderdrukken, maar misschien zelfs de ziekte uitstellen bij dragers van mutaties in een parkinsongen.’

Plaats een reactie