Het Bravis ziekenhuis gaat zich de komende jaren inzetten voor gezondere voeding. Om dit te bekrachtigen, ondertekenden bestuurder Albert-Jan Mante en Pieter Zeilstra, Hoofd Facilitair Bedrijf, de intentieverklaring ‘Gezond 2025’ van de Alliantie Voeding in de Zorg.
Hiermee benadrukt Bravis het belang van een gezonder en duurzamer voedingsaanbod voor patiënten, medewerkers en bezoekers. Bravis zet hiermee in op het behalen van de doestellingen van het Nationaal Preventieakkoord.
Goede zorg proef je
Gezonde voeding in ziekenhuizen is één van de aandachtspunten in het Nationaal Preventieakkoord. Dit akkoord is in 2018 ondertekend door het ministerie van VWS en 70 partijen, waaronder de Alliantie Voeding en de Nederlandse Vereniging van Ziekenhuizen.
In dit preventieakkoord staan afspraken om Nederlanders gezonder te maken door roken, problematisch alcoholgebruik en overgewicht terug te dringen.
Een van de doelen is dat in 2025 minimaal de helft van de ziekenhuizen een gezond voedingsaanbod heeft voor patiënten, bezoekers en medewerkers. In 2030 geldt dit voor alle ziekenhuizen. Om dit doel te behalen, heeft de Alliantie Voeding in de Zorg het project Goede Zorg Proef je opgezet.
Gezond eten in het ziekenhuis
Afgelopen dinsdag ondertekende Bravis samen met 15 andere instellingen de intentieverklaring.
“Op deze manier wil Bravis een bijdrage leveren aan een gezondere levensstijl”, legt bestuurder Albert-Jan Mante uit. “Ziekenhuizen hebben hierin een voorbeeldrol. Voeding is altijd al belangrijk geweest en krijgt steeds meer aandacht in ons ziekenhuis.”
Pieter Zeilstra vult aan: “Zo bieden we oncologiepatiënten dagelijks eiwitverrijkte tussendoortjes aan die aansluiten bij hun smaakbeleving. Ook bieden we gratis fruit en groenten aan aan medewerkers en vind je in onze restaurants vegetarische gerechten en verschillende maaltijdsalades. Maar we zien meer kansen voor de rol die voedsel kan spelen in het herstel van patiënten en in het stimuleren van een gezondere levensstijl. Daarom nemen we ook deel aan dit project, zodat we met andere ziekenhuizen kennis kunnen uitwisselen en ons aanbod verder te verbeteren.”