Wetenschappers en beleidsmakers moeten meer aandacht hebben voor alledaagse voorvallen in het leven van ouderen. Oog voor detail kan helpen het welzijn van ouderen te verbeteren. Dat stelt cultureel geograaf dr. Bettina van Hoven van de Rijksuniversiteit Groningen. ‘Het klinkt misschien niet spectaculair en baanbrekend, maar diepte-interviews en wandelingen met ouderen kunnen zeer waardevolle en wetenschappelijk zeer relevante inzichten opleveren.’
Hoe kunnen we allemaal gezond en gelukkig oud worden? De vergrijzing rukt op en steeds meer wetenschappers buigen zich over deze vraag. ‘Healthy Ageing’ is zelfs een van de speerpunten van de RUG. Wetenschappers ontwikkelen technologische hoogstandjes, zoals robots die ouderen helpen zelfstandig te wonen, en brengen biologische en genetische fundamenten van veroudering in kaart. Maar ook minder spectaculair onderzoek kan belangrijke bijdragen leveren, stelt Van Hoven. Zelf brengt zij door middel van kwalitatief onderzoek het belang van plaatsbinding bij ouderen, dus de gehechtheid aan de eigen woonplaats, in kaart.
Tv-programma AdamsAppel over Wetenschap en Zorg: Wie zorgt straks voor wie?
Waarom niet verhuizen?
Een moeder of een grootmoeder die onder geen beding naar een aanleunwoning of een verzorgingshuis wil verhuizen; een ouder stel dat hardnekkig in een verpauperende wijk blijft wonen, terwijl jongere buurtgenoten elders een goed heenkomen zoeken: het zijn beelden en verhalen die velen bekend voorkomen. Maar waarom zijn ouderen zo gehecht aan de plaats waar ze wonen? Van Hoven: ‘Ouderen willen liever niet onder ogen zien dat ze minder goed gaan functioneren en dat ze hulpbehoevend worden. Door te blijven wonen waar ze wonen, houden ze zoveel mogelijk controle over hun leven. Ze kennen de hindernissen in hun wijk en weten hoe ze die moeten omzeilen. Dat geeft ze houvast.’
Vitaliteit en behoeften
Er wordt nog te vaak voorbij gegaan aan elementaire behoeften van ouderen, aldus Van Hoven. ‘Als we onze ouderen wegstoppen in een verpleeghuis, geven we ze weliswaar hulpmiddelen om zich zelfstandig te bewegen. Maar we denken weinig na over hun vitaliteit en hun behoeften.’ Ouderen houden zich bijvoorbeeld veel meer bezig met hoe ze overkomen, dan vaak wordt aangenomen, aldus Van Hoven. ‘We denken: een rollator helpt iemand om zich te bewegen, zo’n ding is functioneel. Maar we staan er onvoldoende bij stil hoe lelijk een rollator is, en hoe het voelt om je stuntelig met zo’n ding te moeten voortbewegen. Terwijl dergelijke uiterlijkheden voor ouderen erg belangrijk zijn.’
Foto’s en rituelen
Door diepte-interviews met ouderen te houden en ze te begeleiden bij dagelijkse rituelen, verwerft Van Hoven inzicht in hun identiteit. ‘Als je ouderen meemaakt in hun dagelijkse leven, in interactie met hun omgeving, krijg je veel beter zicht op wat ze bezighoudt, dan wanneer je ze alleen een enquête afneemt. Als je ouderen uitnodigt foto’s te maken van dingen die ze belangrijk vinden in hun dagelijkse leven, kun je ze naar aanleiding van die foto’s interviewen. Zo kom je veel meer te weten dan ze in een standaard interviewsituatie.’
Voor kwalitatief onderzoek
Het is een intensieve manier van werken, maar Van Hoven heeft veel vertrouwen in haar onderzoek. ‘Sociale wetenschappers krijgen weer steeds meer oog voor de schat aan informatie die kwalitatief onderzoek kan opleveren, en de beperkingen van kwantitatief onderzoek. Je kunt wel grote groepen ouderen enquêtes afnemen, maar dan krijg je een lijst met percentages en significanties. Naar mijn idee zegt zo’n lijst niet zoveel over het welzijn van ouderen. Wetenschappers vinden zichzelf volgens mij wel eens te belangrijk, en laten een te grote afstand ontstaan tussen zichzelf en de mensen waar het in hun onderzoek uiteindelijk om gaat.’
Curriculum vitae
Bettina van Hoven (Duitsland, 1972) studeerde biologie en geografie in Osnabrück en Plymouth. In die laatste plaats promoveerde op een onderzoek naar sociale verandering in Oost-Duitsland na de val van Muur. Sinds 1999 werkt ze als onderzoeker aan de RUG, de afgelopen jaren heeft ze zich in haar onderzoek geconcentreerd op plaatsbinding; de hechting van verschillende bevolkingsgroepen aan de plaats waar ze wonen. Van Hoven is stichtster van de Herta Macht scriptieprijs, een prijs ter ere van en vernoemd naar haar grootmoeder, en bedoeld om jong onderzoekstalent te stimuleren.